Dokter in de 18e eeuw

In de 18e eeuw nam de kennis en kunde van artsen verder toe. Het belang van preventieve geneeskunde en hygiëne nam sterk toe. Artsen gingen zich ook meer richten op het begrijpen van de individuele situatie en behoeften van de patiënt en pasten hun behandelingen hierop aan. Dit leidde tot een meer persoonlijke en empathische benadering van de geneeskunde. Over het algemeen waren de inkomsten en uitgaven van artsen in de 18e eeuw hoger dan die van hun 17e-eeuwse collega's, maar het exacte bedrag kon variëren afhankelijk van de locatie, specialiteit en status van de arts. In 1795 rekende een dokter gemiddeld 6 tot 8 schelling voor een consult of visite en 2 schelling voor medicamenten. Dit is overigens een gemiddelde en hing sterk af van de reputatie en sociale status van de dokter. De wekelijkse inkomsten en uitgaven zouden er als volgt uit kunnen zien:

Inkomsten:

  • Consulten: 100 gulden per week
  • Medicijnen: 20 gulden per week
  • Behandelingen: 50 gulden per week

Totaal: 170 gulden per week

Bijbehorende uitgaven:

  • Huur van huis met praktijkruimte: 20 gulden per week
  • Kosten voor medicijnen en kruiden: 15 gulden per week
  • Kosten voor apparatuur en instrumenten: 10 gulden per week
  • Huishoudelijke uitgaven: 35 gulden per week
  • Personeelskosten (assistent, huishoudster): 25 gulden per week
  • Kleding en accessoires: 10 gulden per week
  • Overige kosten (bijv. voor lidmaatschap beroepsvereniging): 5 gulden per week
  • Sparen/ investeren, luxe en vrije tijd: 50 gulden

Voor mensen die geen dokter konden betalen waren er allerlei middeltjes te koop tegen ‘alle’ kwalen. In verschillende koffiehuizen in Rotterdam, Leiden, Den Haag, Delft en Amsterdam werden doosjes met pillen verkocht die binnen 24 uur zouden werken tegen jicht, scheurbuik, lichaamspijn, koorts, oude zweergaten, benauwdheid, de tering, maagpijnen en kramp- en zenuwtrekken. Uitgevonden door een ‘beroemd’ medicijnmeester uit Hamburg. ‘Slechts’ 14 stuivers per doosje.

 

Het doktersbezoek, Elisabeth Geertruida Wassenbergh, 1750 - 1760 (online collectie Rijksmuseum)