Vermaak in de 18e eeuw

Ook in de 18e eeuw waren volksfeesten en kermissen erg populair bij alle lagen van de bevolking om te genieten van amusement, attracties, muziek, theater en ambachtelijke kraampjes. Het aanbod en diversiteit nam toe ten opzichte van voorgaande eeuwen als gevolg van een groeiende middenklasse die meer vrije tijd en geld had om deel te nemen aan volksfeesten. Vermaak werd commerciëler opgezet met als doel om winst te maken. Het belang van de religieuze betekenis nam af. Hierdoor nam het aanbod toe en ontstonden er ook meer permanente kermissen en theaters die het hele jaar door open waren. Hierdoor kwamen er ook luxere attracties, zoals speciale ritjes in rijtuigen, tentoonstellen van exotische dieren en eetervaringen met exquise gerechten. Prijzen hiervoor konden oplopen tot maar liefst één gulden en waren dus bedoeld voor meer welgestelden. Ook artiesten die optraden werden professioneler en waren prominenter aanwezig. Voor optredens met bekende musici en acteurs moest soms ook al één gulden betaald worden. Voor de gewone burgers was dit niet of nauwelijks weggelegd. Zij zochten hun vertier en vermaak op de aloude volksfeesten en gewone kermissen, zoals die er al in de eeuwen waren en ook nog in de 19e eeuw zouden zijn.

Herbergiers organiseerden herbergconcerten. Hieronder vielen ook de optredens van reizende virtuozen op zang, viool of klavier. Die waren toegankelijk tegen een lagere entree dan voor een formeel concert. Herberg Jan Blaauw programmeerde in 1757 bijvoorbeeld een optreden van de zevenjarige Gertrude Schmeling, een wonderkind op zang en viool. Mannen betaalden een gulden entree en tien stuivers extra als ze een vrouwelijke introducee meenamen. Voor die prijs mochten zij ook kijken naar een aanwezige zeehond, ‘die dagelyks in en uit het water gaat’. Er waren ook herbergen die concerten organiseerden voor 11 stuivers en voor vrouwelijke introducees gratis, maar dan waren consumpties verplicht, zoals bij herberg Plaats Royaal aan de Binnen-Amstel in Amsterdam.

 

Stadsplein met kermis, Johannes Huibert Prins, 1793 (online collectie Rijksmuseum)