16e eeuw. Strijd, Republiek & Daalders

Groot, Jan van Arkel, Bisdom Utrecht, 3e of 4e emissie 1348-1363
Groot, Jan van Arkel, Bisdom Utrecht, 3e of 4e emissie 1348-1363

Karolusdaalder 1555 uit Deventer-Kampen-Zwolle

Het rijk van Keizer Karel V (1500-1558), de zoon van Philips de Schone, omvatte alle Nederlanden, het Duitse Rijk, Oostenrijk, Italië en vooral ook de Spaanse troon. Rond 1545 vormden alle Nederlanden de Spaanse Nederlanden. Alleen het prinsbisdom Luik was min of meer zelfstandig, maar stond onder sterke invloed van de Spaanse Nederlanden. Het leek een mooi verenigd geheel, maar het was stilte voor de storm.

Omdat Karel V in oorlog was met Frankrijk, werden ook de rijke Nederlanden betrokken bij deze oorlog. De Nederlanden moesten voor de financiering hiervan hoge belastingen betalen. Bovendien leden ze schade door de Franse invallen in de Zuidelijke Nederlanden. Karel probeerde de macht van de protesterende Staten-Generaal terug te dringen. Dat werd de keizer niet in dank afgenomen. In 1555 draagt Karel V de Nederlanden over aan zijn zoon Philips II.

Het bestaansminimum lag begin deze eeuw op ongeveer een stuiver per dag. Voor dit bedrag kon men bijvoorbeeld gevangenen en weeskinderen onderhouden. In beide gevallen was dit wel armoe. De inflatie was fors in de 16e eeuw. De koopkracht van een stuiver liep in de 16e eeuw terug van ruim € 5 in 1500 tot nog maar € 1,50 in 1600. Stuiverbrood was brood voor een stuiver. Het gewicht varieerde met de graanprijzen. Rond 1596 kreeg je voor een stuiver een broodje van nog maar 3 ons.

Door de forse inflatie ontstond steeds meer onvrede. Daarnaast groeide de weerstand tegen de inquisitie, het harde optreden tegen de protestanten, wat zelfs de katholieken veel te ver ging. Het bleven immers hun landgenoten. Philips liet zich, in tegenstelling tot zijn vader, nooit zien in de Nederlanden en regeerde hier via een legertje gezagsdragers. In 1566 kwamen de protestanten in opstand door tijdens de Beeldenstorm honderden katholieke kerken te plunderen. Het begin van de tachtigjarige oorlog. Holland en Zeeland waren in die tijd opstandige gewesten en werden belegerd door Spaanse troepen.

 

Na een hoop gedoe sloten de Zuidelijke Nederlanden in 1576 een pact met Spanje, terwijl de Noordelijke Nederlanden zich verenigden met als doel om de Spanjaarden te verjagen. Willem van Oranje probeerde alle Nederlanden weer te verenigen en de Staten-Generaal wilden hem als vorst, maar 2 dagen voordat hij in 1584 werd ingehuldigd werd hij vermoord. Wel werden er vanaf 1583 Prinsendaalders geslagen met het portret van Willem van Oranje. Hoewel hij nooit vorst is geweest, werd de Prinsendaalder met zijn portret gehandhaafd. Het werd een populaire munt, omdat deze qua gewicht én uiterlijk goed aansloot bij de Duitse munten en daardoor erg geschikt was voor de Oostzeehandel. Ook de andere gewesten gingen deze Prinsendaalders slaan tot 1606. Zie ook de pagina Muntgeld en koopkracht in de 16e eeuw.

In steden en dorpen waren er markten waar boeren uit de omgeving hun producten verkochten, zoals graan, fruit, vlees, vis en zuivelproducten. Voor prijzen van marktproducten zie ook de pagina Voedingsmiddelen in de 16e eeuw.

Men droeg ook in deze eeuw veelal een tuniek van wol of linnen. Zie ook de pagina Kleding in de 16e eeuw.

De stedelijke ontwikkeling kwam goed op gang deze eeuw. Huizen die men zoal kon huren staan op de pagina Wonen in de 16e eeuw.

Er kwamen meer kanalen en geplaveide wegen, waardoor reizen per boot of koets beter mogelijk werd. Zie ook pagina Reizen in de 16e eeuw. Om te kunnen overnachten ontstonden steeds meer herbergen die bovendien meer comfort gingen leveren. Zie ook pagina Overnachten in de 16e eeuw.

De beroepen van timmerman en dokter werden steeds professioneler in de 16e eeuw. Op de pagina's Timmerman in de 16e eeuw en Dokter in de 16e eeuw worden deze beroepen beschreven en hoe hun inkomsten en uitgaven er konden uitzien.

Ook in de 16e eeuw waren er volksfeesten, jaarmarkten en kermissen. Zie ook de pagina Vermaak in de 16e eeuw.

Meer informatie, voorbeelden en overzichten staan in het boek "Zeven Eeuwen Zilvergeld In De Nederlanden"