Vermaak in de 14e eeuw
De meeste mensen werkten lange dagen in de buitenlucht, vooral in de landbouw, met veel fysieke arbeid en weinig comfort en gemak. Maar er waren ook momenten van rust, zoals 's avonds na het werk, op zondagen en tijdens religieuze feestdagen. In hun spaarzame vrije tijd hielden mensen zich bezig met activiteiten zoals zingen, dansen, muziek maken, borduren, jagen en vissen. Daarnaast werden er in steden en dorpen vaak markten en festivals gehouden waar mensen naartoe konden gaan om te handelen, elkaar te zien en te vermaken. Op jaarmarkten kon men van alles kopen, waaronder ook huishoudelijke spullen. Prijzen waren afhankelijk van locatie en tijd van het jaar, maar voorbeelden zijn:
- Potten en pannen: Een kleine ijzeren pot kostte ongeveer 2 grooten, terwijl een grotere pot tussen de 4 en 6 grooten kostte. Een grote koperen pan kon 10 grooten of meer kosten.
- Houten lepels en schalen: Een set van 3 houten lepels kostte ongeveer 1 groot, terwijl een houten schaal of een aardewerken pot tussen de 2 en 4 grooten kostte.
- Kandelaars en kaarsen: Een eenvoudige ijzeren kandelaar kostte ongeveer 1 groot, terwijl een kandelaar van koper 10 grooten of meer kon kosten. Kaarsen waren ook te koop voor een penning tot 1/2e groot per stuk.
- Prijzen waren afhankelijk van soort hout en kwaliteit vakmanschap. Een eenvoudige houten kruk of stoel kostte ongeveer 1 tot 5 groot, een houten tafel tussen 3 en 10 grooten en een compleet bed kon 10 tot 20 grooten kosten.
Er waren ook ker(k)missen, maar die hadden vaak vooral een religieuze betekenis met een officieel gedeelte in de kerk en een meer feestelijk gedeelte buiten met allerlei kraampjes waar lokale ambachtslieden hun werk verkochten. Er was ook wel amusement met rondtrekkende muzikanten, toneelspelers, acrobaten en narren. Vaak waren die optredens gratis voor het publiek en konden ze achteraf een vrijwillige gift geven of wat voedsel. Men kon er ook spelletjes doen, zoals dobbelen en met pijl en boog schieten. Meestal deed men dan een inzet van enkele penningen in de pot. De winnaar kreeg de pot.